Welzijn, gezondheid en zorg
In dit onderdeel geven wij per deelprogramma een toelichting op de afwijking in de baten en de lasten
> 250 duizend euro.
Deelprogramma | Primitieve begroting | Actuele begroting | Rekening | Verschil | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Lasten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
04.1 | Sociaal klimaat | 56.531 | 53.815 | 52.901 | 914 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
04.2 | Passende ondersteuning en zorg | 191.753 | 197.174 | 213.485 | -16.311 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Totaal lasten | 248.284 | 250.989 | 266.385 | -15.396 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Baten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
04.1 | Sociaal klimaat | 30.522 | 25.186 | 24.743 | -442 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
04.2 | Passende ondersteuning en zorg | 13.769 | 13.645 | 15.856 | 2.211 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Totaal baten | 44.291 | 38.831 | 40.599 | 1.768 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Totaal Saldo voor bestemming | 203.993 | 212.158 | 225.786 | -13.628 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reserve mutaties | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Toevoegingen aan reserves | 6.139 | 6.185 | 6.185 | 0 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onttrekking aan reserves | 5.869 | 5.869 | 5.869 | 0 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Totaal Saldo na bestemming. | 204.263 | 212.474 | 226.102 | -13.628 |
Financiële toelichting
4.1 Sociaal klimaat | Lasten | Baten | Saldo |
---|---|---|---|
Afwijking (bedragen x 1.000 euro) | 914 | -442 | 472 |
Openbare gezondheidszorg (V 293 duizend euro)
Voor een aantal projecten uit het jaarplan gezondheidsbeleid zijn de kosten in 2017 lager uitgevallen. Bij sommige projecten hield dit verband met de noodzakelijke voorbereidingstijd om het project te kunnen opstarten. Ook zijn uitgaven voor enkele projecten onder de uitgaven voor de WIJ-teams verantwoord. Die moeten in relatie met het voordeel op deze post worden gezien.
Opvoedkracht (V 286 duizend euro)
Vanaf 2016 worden een groot deel van de activiteiten, die eerder binnen het programma Opvoedkracht uitgevoerd werden, uitgevoerd door WIJ-Groningen. Dit heeft tijdelijk geleid tot onderbenutting van het voor het programma Opvoedkracht beschikbare budget.
Innovatiemiddelen Jeugd (V 90 duizend euro)
Het samenwerkingsproces met onze externe partners (onderwijs, kinderopvang, WIJ-Groningen en anderen) vraagt extra tijd. Bovendien vindt uitvoering vaak in schooljaren en niet in kalenderjaren plaats. Dit zorgt voor een vrijval van middelen.
Project verzelfstandiging WIJ (N 185 duizend euro)
Voor de verzelfstandiging van de WIJ-organisatie is 1 miljoen euro aan extra beleidsmiddelen beschikbaar gesteld. Op basis van de te verrichten werkzaamheden hebben we de kosten van dit project geraamd op 1,3 miljoen euro. Doordat we een deel van de kosten al ten laste van 2016 hadden verantwoord, kwamen de uiteindelijke kosten uit op bijna 1,2 miljoen euro.
Overige afwijkingen (N 12 duizend euro)
Overige afwijkingen tellen op tot een nadeel van 12 duizend euro
4.2. Passende ondersteuning en zorg | Lasten | Baten | Saldo |
---|---|---|---|
Afwijking (bedragen x 1.000 euro) | -16.311 | 2.211 | -14.100 |
Wmo (N 6,2 miljoen euro)
Aan het eind van 2017 bedraagt het totale nadelige resultaat op de WMO 6,2 miljoen euro nadelig. Dit resultaat wordt gevormd door de volgende onderdelen:
1) Wmo begeleiding (N 5,8 miljoen euro)
We zien een nadelig resultaat ontstaan op de Zorg In Natura (ZIN) 18+ van 6,6 miljoen euro ten opzichte van de begroting. Als gevolg van een toenemend aantal afgegeven indicaties en het aantal unieke cliënten vanaf juli, stijgt de indicatiewaarde sterk door tot 32,5 miljoen euro. De indicatiewaarde komt tot stand door de toegekende zorg te vermenigvuldigen met het tarief van de betreffende zorgvorm. Het verzilveringspercentage blijft stabiel op 68%. Het verzilveringspercentage is het percentage dat uitdrukt in welke mate de geïndiceerde zorg daadwerkelijk verleend is.
Halverwege dit jaar verwachtten we nog een forse daling van de PGB-uitgaven voor Wmo 18+. Op basis van de ontwikkeling in de afgelopen maanden waarin de kosten weer licht stijgen moeten we dat beeld enigszins bijstellen. Per saldo een voordelig resultaat van 0,3 miljoen euro. Daarnaast hebben we aan eigen bijdragen Wmo 18+ 0,5 miljoen euro meer ontvangen vanwege de sterk gestegen kosten voor Wmo begeleiding ZIN 18+.
2) Beschermd Wonen (geen resultaat)
De gemeente Groningen voert de centrumregeling beschermd wonen uit voor de regio in de vorm van een lichte Gemeenschappelijke Regeling.
In lijn met de afgegeven prognoses zien we een lichte stijging van zowel de indicatiewaarde ZIN als de uitgaven PGB. De indicatiewaarde bedraagt 44 miljoen euro. Het verzilveringspercentage bedraagt 97,1%.
We houden in 2017 een bedrag van 9,5 miljoen euro over op dit budget voor de gehele regio. Daarvan hebben we 1,7 miljoen euro nodig om de continuïteit van de zorgaanbieders te kunnen bekostigen in 2018. De resterende 7,8 miljoen euro verdelen we op basis van inwoneraantallen. Doordat de stad Groningen al geanticipeerd heeft op een resultaat van 2,6 miljoen euro, hebben we geen extra voordelig resultaat.
3) Algemene voorziening Huishoudelijke Hulp (V 0,9 miljoen euro)
Er was ruim begroot voor 2017. Daarom zien we, ondanks een trendmatige stijging van het aantal cliënten, per saldo een voordeel ten opzichte van die begroting van 0,9 miljoen euro.
4) Overige Wmo voorzieningen (N 1,3 miljoen euro)
De stijging van de tarieven voor hulpmiddelen (zoals rolstoelen en dergelijke) zorgt voor extra uitgaven op de taken die met de introductie van de Wet op de maatschappelijke ondersteuning 2007 naar de gemeenten zijn overgeheveld. Het aantal verstrekte hulpmiddelen is op hetzelfde niveau gebleven.
Innovatiemiddelen Wmo (V 157 duizend euro)
In 2017 is ruim 0,8 miljoen beschikbaar gesteld om innovaties in het sociaal domein te stimuleren. Burgers, ondernemers en organisaties worden opgeroepen om met vernieuwende ideeën te komen. Een deel van de middelen is in 2017 niet besteed, onder andere door een langere doorlooptijd vanwege afstemming tussen de gemeente en de andere partijen. Voor de projecten waarvoor de activiteiten in 2018 starten of doorlopen behouden we de middelen (180 duizend euro). Het restant ad 157 duizend valt vrij.
Jeugd (N 8,8 miljoen euro)
Enerzijds bestaat dit resultaat uit het nadeel op de gecontracteerde Jeugdhulp via de RIGG. Als gevolg van de stijging van het aantal verwijzingen naar de Jeugdhulp sinds de transitie, met name naar ambulante jeugdhulp en dagbesteding/dagbehandeling, nemen de kosten exponentieel toe. Dit is een regionaal, maar ook zeker een landelijk probleem. Het huidige door de RIGG afgegeven resultaat voor de totale zorgkosten Jeugd in de regio Groningen bedraagt 29,3 miljoen euro. Voor de stad Groningen komt daarmee het tekort uit op 8,9 miljoen euro. De RIGG heeft aangegeven dat er voor Groningen over 2015 en 2016 nog een voordeel wordt verrekend van 0,6 miljoen euro. Hiermee is nu een totaal tekort van 8,3 miljoen euro in de jaarrekening voor de gecontracteerde Jeugdhulp via de RIGG opgenomen. Daarnaast hebben we te maken met aanvullende kosten voor niet-gecontracteerde zorgaanbieders van 0,5 miljoen euro.
Innovatiemiddelen Jeugd (V 180 duizend euro)
Het samenwerkingsproces met onze externe partners (onderwijs, kinderopvang, WIJ-Groningen e.a.) vraagt extra tijd. Bovendien vindt uitvoering vaak in schooljaren en niet in kalenderjaren plaats. Dit zorgt voor een vrijval van middelen.
WIJ teams (N 0,8 miljoen euro)
Met de overgang van het tijdelijk toegangsteam naar de WIJ-organisatie is er geen budgettaire ruimte meer voor extra inzet van de consulenten. Gelet op de ervaringen uit 2016 was de doelstelling niet reëel om in 2017 en verder geen gebruik meer te maken van de extra inzet van deze consulenten. Daarom is ook in 2017 de extra inzet van consulenten (11 fte) noodzakelijk gebleken.
Zoals in eerdere voortgangsrapportages gemeld hebben we een deel van deze kosten gedekt uit bestaande VSD-budgetten. Deze budgetten zijn opgenomen binnen diverse programma’s van de rekening. Binnen dit deelprogramma leidt dit tot een aanvullend nadeel van 0,2 miljoen euro. In totaal ontstaat hierdoor per saldo een nadeel van 0,8 miljoen euro.
Bed, bad en brood (geen afwijking)
Sinds maart 2015 biedt de gemeente Groningen in het kader van een tijdelijke regeling sobere opvang aan dakloze vreemdelingen. In december 2016 heeft het college besloten de huidige voorziening open te houden en te bekostigen uit de vergoeding voor de bed bad brood-voorziening over de periode van 1 november 2015 tot 1 december 2016. Deze vergoeding, 2,1 miljoen euro, is via de meicirculaire van 2017 uitbetaald.
Omdat de nog beschikbare middelen uit bovengenoemde vergoeding niet toereikend waren om de kosten voor de periode juli tot en met december 2017 te bevoorschotten, hebben we een aanvullend bedrag gefinancierd van 1,357 miljoen euro uit de Algemene egalisatiereserve (AER).
In het regeerakkoord 'Vertrouwen in de toekomst' staat dat voor de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers acht zogenoemde LVV-locaties (Landelijke vreemdelingenvoorziening) zullen worden opgericht. Deze voorzieningen zijn nog niet gerealiseerd.
Maatschappelijke opvang (V 0,7 miljoen euro)
Het resultaat op Maatschappelijke Opvang valt in twee delen uiteen: een incidenteel resultaat van 355 duizend euro als gevolg van lagere vaststellingen en terugvorderingen bij gesubsidieerde instellingen en een resultaat van 365 duizend euro als resultaat op in 2017 verstrekte subsidies die in 2018 worden afgerekend, anticiperend op toekomstige Rijks-bezuinigingen.
Voor de centrumregeling Maatschappelijke opvang spelen het komende jaar een aantal ontwikkelingen. De belangrijkste daarvan is de “herstructurering” van het Kopland en de vormen van opvang die zij verzorgen voor de gemeente Groningen. Op dit moment is het onduidelijk wat daarvan de uitkomsten zullen zijn. Om eventuele frictiekosten te kunnen opvangen is het van belang om de overtollige middelen uit 2017 beschikbaar te houden in 2018.
Bij de septembercirculaire hebben we een korting te verwerken gekregen, die op het gehele budget MO wel meevalt, maar gezien de beïnvloedbaarheid van de budgetten en de subsidies die daaruit worden voldaan aan instellingen wel dwingt tot scherpere sturing. Het incidentele overschot kan daarbij goed van pas komen. Tenslotte wordt er vanuit het Rijk gewerkt aan nieuwe verdeelmodellen voor centrumregelingen, waaronder MO. Hoewel de daadwerkelijke invoering op dit moment uitgesteld is, gaat de vernieuwing op het domein gewoon verder in lijn van het advies van de commissie Dannenberg. Mensen met psychiatrische en sociaal-maatschappelijke problemen kunnen hun zelfstandigheid vaker behouden als passende ondersteuning in de thuissituatie sneller beschikbaar is. Daarvoor zijn incidenteel extra middelen nodig die niet uit het structurele budget kunnen worden bekostigd.
Vrouwenopvang (V 0,3 miljoen euro)
Het resultaat op Vrouwenopvang bedraagt bijna 0,3 miljoen euro. Een deel van dit resultaat is ontstaan door vertragingen in het uitvoeringsprogramma en zal op korte termijn alsnog worden uitgegeven. Het resterende deel is ontstaan door een besparing op de vrouwenopvang in verband met de kortingen op de Decentralisatie-uitkering Vrouwenopvang van de afgelopen jaren. De Decentralisatie-uitkering VO (DuVo) is bedoeld als regionaal budget en over de besteding ervan zal met de Groninger gemeenten overlegd worden.
De kortingen op de DuVo zijn het gevolg van rijksbeleid waarbij een aantal centrumgemeenten (waaronder Groningen) minder middelen ontvangt en andere meer, om een grotere regiobinding binnen de vrouwenopvang te bewerkstelligen. Daarnaast ontvangen centrumgemeenten minder geld, omdat uit het beschikbare rijksbudget een aantal landelijke functies worden gefinancierd (o.a. mannenopvang en voorzieningen t.b.v. slachtoffers loverboys en huwelijksdwang).
De kortingen op de Decentralisatie-uitkering hebben we de afgelopen jaren gefaseerd doorgegeven aan de vrouwenopvang van Het Kopland. Dit was mogelijk omdat door de landelijke invoering van regiobinding steeds meer slachtoffers uit andere regio’s nu in hun eigen regio kunnen worden opgevangen en ‘onze’ opvangplekken gaandeweg steeds meer beschikbaar zijn gekomen voor vrouwen uit de regio Groningen. Daarnaast stimuleren we de ontwikkeling naar kortere opvang en opvang in zelfstandige woonruimten binnen Het Kopland, waarvoor huur wordt betaald.
Tegelijkertijd hebben alle centrumgemeenten ook extra middelen ontvangen die specifiek bedoeld zijn voor een kwaliteitsverbetering in de aanpak van huiselijk geweld en voor Veilig Thuis. De middelen voor de kwaliteitsverbetering worden ingezet op de ontwikkeling van MDA++ (multidisciplinaire aanpak) en het project intensief casemanagement bij huisverboden.
Vorming voorziening Casusregie (geen afwijking)
Voor het opvangen van frictiekosten van voormalig medewerkers Bureau jeugdzorg treffen we een voorziening van bijna 1,3 miljoen euro. De medewerkers zijn werkzaam bij de gemeenten in de toegang (toewijzing jeugdzorg). Deze medewerkers zijn in 2015 overgegaan naar de gemeente Groningen en met ingang van 2018 in dienst gekomen van de gemeenten in de provincie Groningen. Een aantal medewerkers wordt niet overgenomen door gemeenten en blijven achter. Hier vormen we een voorziening voor. Deze voorziening komt volledig voor rekening van de gemeenten in de provincie Groningen via de Gemeenschappelijke Regeling PG&Z.
Verhoogde asielinstroom (V 1,3 miljoen euro)
Voor de jaren 2016 en 2017 zijn extra rijksmiddelen beschikbaar gesteld, de zogenaamde Decentralisatie-uitkering Verhoogde asielinstroom. Deze verhoogde asielinstroom was de aanleiding om het programma Vluchtelingen, Asielzoekers en Statushouders op te starten. Doel van het programma is een vlotte Inburgering en toeleiding naar Werk of Onderwijs te bewerkstelligen. Hoewel de instroom sterk is verminderd, is de huisvesting en inburgering van statushouders binnen de Gemeente Groningen nog volop aan de gang. Inmiddels is hiervoor een convenant met onderwijspartners gesloten en een nieuwe werkwijze ontwikkeld. De werking van het convenant en de nieuwe werkwijze zijn in 2017 stapsgewijs uitgevoerd. Hierdoor is de verwachting dat er overloop is over het jaar heen en dat een deel van het budget uit 2017 in 2018 zal worden uitgegeven.
Maatschappelijke begeleiding vergunninghouders (N 150 duizend euro)
Voor maatschappelijke begeleiding van vergunninghouders verstrekt het Rijk sinds 1-1-2016 2.370 euro per vergunninghouder. Van dit bedrag wordt 2.100 euro besteed aan individuele begeleidingstrajecten, de overige 270 euro wordt besteed aan aanvullende projecten ter bevordering van de maatschappelijke inburgering van vergunninghouders. Deze aanvullende projecten starten in 2018. De per eind 2017 nog te ontvangen rijksinkomsten over 2017 ad 348 duizend euro zijn verantwoord binnen programma 13 Algemene inkomsten en post onvoorzien. Per saldo is wat betreft maatschappelijke begeleiding van statushouders sprake van 198 duizend euro niet in 2017 bestede middelen. Dit betreft de nog niet bestede, maar wel ontvangen bijdragen van 270 euro per vergunninghouder. Dit bedrag blijft behouden voor besteding aan projecten in 2018.
Aanpak kindermishandeling (V 112 duizend euro)
Door het grote aantal partners en het verschil in werkwijze (kalenderjaren/schooljaren) is het niet volledig gelukt om alle trainingen, scholingen, netwerkbijeenkomsten enzovoort te laten plaatsvinden in 2017. De aanpak loopt door in 2018.
Overige uitvoeringskosten (N 1,2 miljoen euro)
Vanwege verslaggevingsvoorschriften verantwoorden we de uitvoeringskosten binnen diverse programma’s van de rekening. Per saldo leidt dit niet tot een resultaat. Binnen dit deelprogramma verantwoorden we een nadeel van 1,2 miljoen euro.
Overige afwijkingen (V 259 duizend euro)
Overige afwijkingen tellen op tot een voordeel 259 duizend euro.