Jaarverslag 2017

Sport en bewegen

Financiële risico's

Naam risico  

Vennootschapsbelasting (Vpb) voor overheidsbedrijven

Programma

Alle programma's

Omschrijving

Vennootschapsbelasting is een belasting die wordt geheven over de fiscale winst welke door een onderneming is behaald. Met ingang van 1 januari 2016 is de gemeente Vennootschapsbelastingplichtig indien en voor zover zij een onderneming drijft. Daar waar binnen de gemeente sprake is van het drijven van een onderneming, zal de Vpb-plicht gaan gelden. Het gaat dan om economische activiteiten waarbij de gemeente in concurrentie treedt (of kan treden) met de markt en daarmee winst behaald. Van die gemeentelijke onderdelen zal dan de fiscale winst moeten worden bepaald.
De gemeente doet voor alle activiteiten die fiscaal als onderneming worden aangemerkt gezamenlijk één aangifte. Daardoor kunnen verliezen bij één onderneming worden gesaldeerd met winsten van andere ondernemingen. Indien geconsolideerd een winst wordt behaald dient maximaal 25% Vpb worden betaald.
De gemeente Groningen heeft ter voorbereiding op de invoering haar Vpb activiteiten in beeld gebracht en heeft ondersteund door externe fiscale deskundigheid een inschatting gemaakt van de Vpb effecten. Op grond van deze inventarisaties hebben we onze aanvankelijke inschattingen van te betalen Vpb voor de grondexploitaties, het parkeerbedrijf, Stadsbeheer en overige gemeentelijke activiteiten nader aangescherpt.

De grootste verwachte gevolgen komen uit het parkeerbedrijf en van Meerstad. Voor het Parkeerbedrijf verwachten wij geen fiscale winst. Voor Meerstad wordt op termijn wel een fiscale winst verwacht. De juridische constructie van Meerstad (CV/BV) maakt dat Meerstad moet worden opgenomen in de aangifte VPB van de gemeente Groningen. 
Voor de aangifte over het boekjaar 2016 is uitstel aangevraagd. We verwachten als gemeente in totaliteit geen VPB te hoeven betalen in de eerst jaren. Het risico bestaat echter dat de Belastingdienst anders zal oordelen over de feiten. Het is derhalve wel van belang om dit risico te blijven volgen.

Risicobedrag 2018

nul

Kans 2018

 

Risicobedrag 2019

nul

Kans 2019

 

Risicobedrag 2020

nul

Kans 2020

 

Risicobedrag 2021

nul

Kans 2021

 

Structureel/Incidenteel

 

1e signaleringsmoment

 

Actie

De voorbereidingsfase is in 2016 afgerond. Net als voor de overige belastingen zijn de taken samenhangend met de Vpb-plicht overgenomen door de lijnorganisatie en onderdeel geworden van reguliere processen. Inmiddels zijn hiertoe onder andere de relevante systemen ingericht en zijn processen beschreven. Hiermee borgen we dat nieuwe activiteiten worden getoetst op mogelijke Vpb effecten.

Daarnaast hebben we samen met een externe fiscalist de consequenties voor de grondexploitaties en het parkeerbedrijf in beeld gebracht. Er hebben in 2016 gesprekken plaatsgevonden met de belastingdienst over de aanpak en gemaakte keuzes. We trachten hiermee een bepaalde mate van zekerheid te krijgen over het uiteindelijke effect van de invoering van de Vpb voor overheidsondernemingen.

In 2018 doen we (uitgesteld) aangifte Vpb over het boekjaar 2016. Dit is de eerste keer dat we als gemeente aangifte Vpb doen. Vpb is voor gemeenten nieuwe wetgeving en er wordt landelijk op onderdelen nog overleg gepleegd over de interpretatie van de wet. Hierdoor bestaat het risico dat gemaakte keuzes wellicht moeten worden herzien en de gevolgen voor de gemeente moeten worden bijgesteld.

 

Naam risico  

Niet halen bezuinigingen

Programma

Alle programma's

Omschrijving

Om het tekort in het meerjarenbeeld 2014-2021 op te lossen is bij de begrotingen tot en met 2017 een pakket aan bezuinigingsmaatregelen opgesteld van gemiddeld 20 miljoen euro. We moeten er rekening mee houden dat we niet alle voorgenomen bezuinigingen volledig en/of in het gewenste tempo realiseren. We hebben bij de rekening 2017 het risico van elke bezuinigingsmaatregel afzonderlijk beoordeeld. Het risico komt daarmee in 2018 op 4 miljoen euro, in 2019 op 5 miljoen euro en vanaf 2020 op 4 miljoen euro. De kans in totaal is 100% omdat de kans van optreden per maatregel is bepaald.  Dit is conform de werkwijze van de risicoboxenmethode.

Risicobedrag 2018

4 miljoen euro

Kans 2018

100%

Risicobedrag 2019

5 miljoen euro

Kans 2019

100%

Risicobedrag 2020

4 miljoen euro

Kans 2020

100%

Risicobedrag 2021

4 miljoen euro

Kans 2021

100%

Structureel/Incidenteel

Incidenteel

1e signaleringsmoment

Begroting 2014

Actie

We sturen actief op realisatie van de maatregelen.

 

Naam risico  

Bedrijfsrisico Sport 050

Programma 5

Sport en bewegen

Naam risico  

Bedrijfsrisico Sport050

Programma

Sport en bewegen

Omschrijving

Sport050 kent een afhankelijkheid van de economische conjunctuur en het weer. Wij houden rekening met een specifiek bedrijfsrisico ter hoogte van circa 10% van de tarief-gerelateerde omzet. Die verwachte omzet 2018 is circa 5,7 miljoen euro.

Risicobedrag 2018

570 duizend euro

Kans 2018

25%

Risicobedrag 2019

570 duizend euro

Kans 2019

25%

Risicobedrag 2020

570 duizend euro

Kans 2020

25%

Risicobedrag 2021

570 duizend euro

Kans 2021

25%

Structureel/Incidenteel

Structureel

1e signaleringsmoment

 

Actie

Het blijvend stimuleren van het gebruik van de voorzieningen.

 

Naam risico  

Wijziging in BTW-regelgeving en sport: herziening oude investeringen.

Programma

Sport en bewegen

Omschrijving

Het Rijk is van plan het Sportbesluit af te schaffen per 2019. Daardoor bestaat er een kans op herziening van de btw op oude investeringen. Voor wat betreft deze oude investeringen lopen we een incidenteel risico van geschat 1,5 miljoen euro in verband met de daarmee gemoeide btw. Het lijkt er op dat er geen herziening komt op (oude) investeringen. En als er een herziening komt is ook niet bekend hoe deze er uit gaat zien. Het bedrag van 1,5 miljoen is gebaseerd op een oude berekening. We kiezen er voor deze nu niet te herijken vanwege de verwachting dat de kans van voordoen gering is. Er is immers steeds aangegeven dat het kabinet met het vervallen van het sportbesluit geen bezuiniging beoogt, maar een aanpassing naar Europese regels. De verwachting is daarom dat voor de wijziging van de sportvrijstelling een overgangsregeling komt voor bestaande situaties zodat geen herzienings-btw hoeft te worden terugbetaald. Echter dat is nog lang niet zeker. Bovendien bestaat de kans dat er wordt gekeken of gemeenten niet vooraf aan de aanpassing per 2019 extra hebben geïnvesteerd om nog een btw-voordeel te behalen. In dat geval zou het sportcentrum Europapark in beeld komen. Daarom moeten we toch rekening houden met dit risico.
Omdat het Rijk nog een wetsvoorstel moet indienen kan het risico zich op zijn vroegst voordoen vanaf 2019. De risicoparagraaf zal, als de overgangsregeling bekend is, moeten worden gewijzigd. Het is de verwachting dat dit voor de begroting 2019 helder is.

Risicobedrag 2018

0

Kans 2018

 

Risicobedrag 2019

1,5 miljoen euro

Kans 2019

25%

Risicobedrag 2020

1,5 miljoen euro

Kans 2020

25%

Risicobedrag 2021

1,5 miljoen euro

Kans 2021

25%

Structureel/Incidenteel

1,5 miljoen euro incidenteel

1e signaleringsmoment

2014 VGR 2 en Begroting 2015

Actie

We hebben de financiële gevolgen aangeleverd bij het VNG. We volgen de ontwikkelingen op rijksniveau.

 

Naam risico  

Gelijk Speelveld afboeking kleedkamers en clubgebouwen

Programma 5

Sport en bewegen

Omschrijving

Bij de uitvoering van het Gelijk speelveld dient een aantal gebouwen te worden afgewaardeerd naar 0 vanwege de gewijzigde eigendomssituatie (om niet verkrijging vereniging recht van opstal). De gesprekken met de verenigingen over de overdracht lopen nog.

Risicobedrag 2018

600.000

Kans 2018

75%

Risicobedrag 2019

 

Kans 2019

 

Risicobedrag 2020

 

Kans 2020

 

Risicobedrag 2021

 

Kans 2021

 

Structureel/Incidenteel

 

1e signaleringsmoment

 

Actie